Ben je wel eens op vakantie geweest naar Italië en heb je toen gekeken hoe de mensen
daar met elkaar praten? Het zal je dan zijn opgevallen dat Italianen hun woorden
ondersteunen met uitgebreide en soms ook heftige gebaren. Van afstand kun je al een aardige indruk krijgen
van hun emoties door de manier waarop zij gesticuleren.
Wij gebruiken onze gebaren wat gematigder
maar ook voor ons zijn gebaren belangrijke hulpmiddellen in de communicatie. Met gebaren kunnen
we onze woorden accentueren en in sommige gevallen is het zelfs makkelijker om je uit te drukken
met behulp van gebaren dan slechts met woorden. Probeer bijvoorbeeld maar eens aan een kind uit te leggen hoe hij een
veter moet strikken, zonder dit met je handen uit te beelden. Ook als we ons moeilijk verstaanbaar
kunnen maken vanwege afstand of lawaai blijken gebaren erg nuttig. Als je drankjes bestelt in
een drukke bar of discotheek werkt het vaak beter om naar tap te wijzen en een aantal vingers
op te steken, dan dat je je bestelling alleen uitspreekt. Een gebaar komt in zulke gevallen ook
duidelijker over dan woorden. Roep maar eens een keer: "twee bier!" en steek daarbij drie
vingers op. Ik ben benieuwd hoeveel bier je dan krijgt!
Open handen
Met heel je lichaam
Gebaren kun je in principe met je hele lichaam maken. Je kunt bijvoorbeeld je schouders ophalen als
je iets niet begrijpt of je hoofd schudden als je het ergens niet mee eens bent. Ook met je gezicht
kun je gebaren maken, denk maar aan een knipoog of aan het uitsteken van je tong. Meestal denken
we bij gebaren echter het eerst aan de tekens die we anderen geven met onze vingers, handen en armen.
Psychologen waaronder Paul Ekman, Wallace Friesen en Michael Argyle hebben zich verdiept
in de vele gebaren die mensen op verschillende momenten maken. Sommige gebaren lijken spontaan
uit het niets te ontstaan wanneer we spreken en hebben ook alleen betekenis in combinatie met
woorden. Andere gebaren zijn aangeleerd en worden alleen verstaan binnen bepaalde groepen die
bekend zijn met de afgesproken betekenis.
Ondersteunende en regulerende gebaren
In gesprek met de ander kunnen we onze armen fixeren door ze over elkaar te kruisen of in onze
zakken te steken. Het gesprek zal echter een stuk levendiger worden als we tijdens het spreken onze
woorden met gebaren ondersteunen. Met onze handen kunnen we bepaalde woorden uit een zin accentueren.
Door een hand uit te steken kunnen we aangeven dat we nog niet zijn uitgesproken en door je hand te
draaien kunnen we de ander uitnodigen te reageren. De handbewegingen zorgen zo als het ware voor de punten en
komma's in de gesproken zin. Het is bijzonder om te zien hoe gebaren meegaan met de intonatie.
Gaat de stem omhoog, dan maken vaak ook de schouders en de handen een opgaande beweging. Met gebaren
kun je op deze manier emoties verduidelijken en de aandacht vasthouden. Extraverte persoonlijkheden,
mensen die zich makkelijk naar buiten richten, maken over het algemeen veel ondersteunende gebaren
als ze spreken. Het gebaren zelf vergroot ook de zelfverzekerdheid. Iemand die spreekt in het openbaar
kan zich makkelijker uiten als hij zijn woorden met zijn handen ondersteunt dan bijvoorbeeld wanneer hij zijn
handen ineen strengelt of op andere wijze fixeert. Mensen die liegen zijn geneigd om minder gebaren
te maken omdat hun handen hun onoprechtheid eerder verklappen dan hun woorden.
Illustrerende gebaren
Illustrerende gebaren worden veel gebruikt om uitspraken over grootte, hoeveelheid of afstand
te ondersteunen. Visserslatijn drukt zich dus vaak uit in lichaamstaal. De armen gaan wijd uiteen als een visser wil
aanduiden hoe groot zijn vangst was. Een verkoper kan door het maken van een trekbeweging met
twee vuisten in de lucht een indruk geven van de materiaalsterkte van zijn product.
Een zwaaibeweging met een arm naar voren kan aanduiden dat iets ver weg is. Zo'n zelfde gebaar naar
achteren betekent misschien dat iets lang geleden is. Dit soort illustratoren worden ook gebruikt
zonder dat er een maataanduiding bij uitgesproken wordt. Als de timmerman zegt dat hij even spijkers
gaat kopen, kun je misschien aan de afstand tussen zijn duim en wijsvinger zien welke maat spijkers
hij daarbij in gedachten heeft.
Open of gesloten gebaren
Gebaren met opgerichte open handpalmen duiden in het algemeen op eerlijkheid, onschuld, openheid
of gastvrijheid. Je kunt dit soort gebaren dus niet vaak genoeg maken! Stel je maar
eens voor dat je iemand vraagt om plaats te nemen met de woorden: "ga zitten!".
Het maakt daarbij groot verschil of je deze woorden begeleidt met een handgebaar met de handpalm
omhoog of juist met de handpalm omlaag. In het eerste geval kan de boodschap als een uitnodiging
worden opgevat en in het tweede geval als een opdracht. Zou hetzelfde met een uitgestoken wijsvinger
worden gezegd dan zal de ontvanger het als een bevel verstaan. Een prachtig staaltje appelerende lichaamstaal!
Een automobilist die zojuist een verkeersongeval heeft veroorzaakt, haalt bij zijn verontschuldiging vaak
spontaan zijn schouders op ("ik wist het niet") en steekt daarbij zijn beide handen vooruit ("ik ben eerlijk").
Als hij van mening is dat de ander de schuldige is, zal hij daarentegen dit soort gebaren niet
maken. Hij bedient zich dan van gesloten gebaren: een vuist of een kort teken met de handpalm naar
beneden om aan te duiden dat de ander fout was. Als politici gebruik maken van gebaren tijdens hun betoog
is het ook interessant om te zien of deze gebaren getuigen van openheid.
Etaleren en emotiegebaren
Emoties zijn het eerst te herkennen aan de stem en de gezichtsuitdrukking. Gebaren kunnen deze uitingen van
emotie accentueren. Emotiegebaren zijn het duidelijkst bij boosheid. Iedereen herkent
de betekenis van een gebalde vuist. Sprekers maken soms hakbewegingen met hun handen of maken prikkende
bewegingen met hun vinger in de richting van hun gehoor om hun boosheid te laten blijken.
Verdriet en moedeloosheid kun je laten blijken door je hoofd in je handen te laten zakken.
Bij afschuw hoort de opgetrokken neus en uitgestoken tong maar
ook de afwerend naar voren uitgestoken handen. Bij angst kunnen de handen ook een afwerend
gebaar maken, maar dan veel dichter bij het lichaam. Bij vreugde gaan de handen omhoog en
bij verrassing worden de armen wijd uitgespreid of evenals bij schrik voor de mond
geslagen. Als sterke emoties worden uitgedrukt met behulp van gebaren, spreken we ook wel van etaleren.
Beeldende gebaren
Er zijn mensen die de kunst verstaan om wat ze vertellen zeer beeldend met gebaren te ondersteunen.
Als ze spreken over bijvoorbeeld een vaas, beelden ze met hun handen de vorm van de vaas uit.
Behalve voor het verduidelijken aan anderen, waar ze over spreken, helpen deze gebaren hen ook bij hun
eigen beeldvorming. Deze mensen zijn in het algemeen visueel ingesteld. Ze beelden uit wat
ze op een bepaald moment voor zich zien. Als je zelf iets wilt vertellen aan deze mensen ervaren
zij het ook als zeer verhelderend als je veel gebaren maakt of laat zien waar je over spreekt.
"Wanneer uw hand en uw arm de glooiing van een berg schetsen, ziet uw gesprekspartner als het ware het landschap dat
u beschrijft."
Als iemand de weg vraagt, is het lastig om dat uit te leggen met je armen over elkaar. Terwijl je
de route uitlegt, ondersteunen je wijzende handen de woorden links en rechts. Het woord rotonde
wordt begeleid door een cirkel met je vingers. Een naar voren kantelende hand
geeft aan dat de ander alsmaar rechtdoor moet. Gelukkig maakt bijna iedereen gebruik van dit
soort gebaren zodat we zelfs in het buitenland redelijk worden geholpen bij het vinden van de weg.
Erwin Krol ontleent zijn populariteit vanwege zijn indicerende gebaren bij de weersvoorspelling.
Als we iets willen aanduiden kunnen we op verschillende manieren wijzen.
Aanpassende gebaren
Aanpassende gebaren zijn plaatsvervangende handelingen en andere gebaren die emotionele reacties
onthullen. Plaatsvervangende handelingen zijn de schijnbaar doelloze bewegingen die mensen maken wanneer ze gespannen
zijn en met hun handen geen raad weten. Een veelvoorkomende vorm is het aanraken van zichzelf:
poetsen, wrijven, knijpen en peuteren. Ook allerlei voorwerpen kunnen behulpzaam zijn zoals een
pen met een leuk knopje of een ring die je rond kunt draaien. Sommige mensen houden krampachtig
hun eigen handen vast om de spontane onderzoekingstocht van hun vingers af te remmen, maar hebben
moeite om hun wiebelende benen onder controle te houden. Ook handelingen als roken en dwangmatig eten horen tot
de plaatsvervangende handelingen. Het moeilijkste van stoppen met roken is voor veel mensen het
feit dat ze niet meer weten wat ze met hun handen moeten doen. Sommige mensen hebben het idee dat
de toename van dit soort gebaren, waaronder zelfmanipulatie (jezelf aanraken) een indicatie is dat anderen niet de waarheid spreken. De psycholoog
Paul Ekman beschrijft in zijn boek De leugen ontmaskerd
echter dat zelfmanipulatie onverminderd voorkomt bij mensen, zowel wanneer
ze liegen als wanneer ze de waarheid spreken.
Gewoontegebaren en rituelen
Onder gewoontegebaren en rituelen vallen alle gebaren die we in verschillende situaties volgens
vaste patronen maken. Voorbeelden daarvan zijn gebaren bij groeten,
zoals zwaaien of handen schudden en gebaren die worden gemaakt in religieuze context zoals het vouwen van
de handen bij gebed of juist het ten hemel richten van de handen. Ook het handjeklappen op de
paardenmarkt is een gebruik dat steeds opnieuw volgens vaste patronen plaatsvindt.
Analoge of digitale gebaren
Soms geven gebaren analoge informatie. Dit wil zeggen dat we de betekenis kunnen afleiden aan het gebaar zelf.
We kunnen dit zien, doordat het gebaar verwijst naar iets in de omringende wereld of
doordat er specifiek iets mee wordt uitgebeeld. Een voorbeeld is het gebaar voor drinken,
waarbij iemand een denkbeeldig glas naar zijn mond brengt. Zo'n gebaar wordt door iedereen
begrepen, zonder dat je hoeft af te spreken wat de betekenis is. Bepaalde handelingen kunnen
ook deze functie hebben. Een voorbeeld daarvan is het kijken op je horloge.
Als iemand op zijn horloge kijkt, is dat soms niet om te zien hoe laat het is, maar
om er een teken mee te geven, dat hij het gesprek wenst te beëindigen.
Het is aardig om dit zelf eens uit te testen: als een ander tijdens een gesprek op zijn
horloge kijkt, vraag je hem: "Hoe laat is het?". Je zult dan misschien meemaken dat hij nog
een keer op zijn horloge kijkt voordat hij antwoord geeft. Hij keek in dat geval
niet op zijn horloge om te zien hoe laat het was. Jouw vraag naar de tijd zal door hem overigens
totaal niet als confronterend worden ervaren. De ander beseft namelijk niet dat hij al eerder op zijn
horloge gekeken had. Dit soort signalen geven we meestal volkomen onbewust. Als we bewust gebruik maken van analoge taal,
meestal om iets uit te duiden, spreken we ook wel van een illustratie.
Behalve analoge (beeldende) gebaren bestaan er ook digitale gebaren.
Er bestaat dan geen aanwijsbaar verband tussen het gebaar en de betekenis daarvan.
De betekenis moet hierbij worden afgesproken, net als bij woorden, getallen en verkeersborden.
Afgesproken gebaren worden alleen verstaan binnen de bepaalde cultuur waarin de betekenis
vastgesteld is. In een andere cultuur betekent hetzelfde teken soms iets heel anders.
Dit kan soms leiden tot onbegrip en vervelende confrontaties.
Symbolen of embleemgebaren
Symbolen zijn gebaren die woorden vervangen. In sommige beroepen wordt gebruik gemaakt van
dit soort gebaren, vaak wanneer de situatie het minder praktisch maakt om woorden te gebruiken.
Dit kan zijn omdat er veel lawaai is, er stilte moet zijn of er een bepaalde afstand overbrugd moet
worden. In radiostudio's uiten de medewerkers zich naar elkaar middels gebaren tijdens de zendtijd.
Ook op de beurs, waar het elkaar overschreeuwen met stemgeluid geen zinvolle communicatie zou
zijn wordt gebruik gemaakt van afgesproken gebaren. In het verkeer maakt de politie ook gebruik
van afgesproken gebaren. Vriendelijk vragen of iemand wil stoppen, zou niet zo praktisch zijn.
Behalve in beroepen wordt er in het dagelijks leven ook gebruik gemaakt van gebaren die je geleerd
moet hebben om de betekenis te kennen. Elke cultuur heeft zo zijn eigen embleemgebaren. Soms is
het lastig als blijkt dat een gebaar in een ander cultuur een afwijkende betekenis heeft.
Churchill introduceerde aan het eind van de tweede wereldoorlog het gebaar met twee vingers
omhoog "V" als teken voor Victory (=overwinning). Later werd dit teken meer ingeburgerd als
teken van vrede. In ieder geval was niet iedereen even gelukkig met dit gebaar. De Engelsen
herkenden dit gebaar, overigens uitgevoerd met de handpalm naar voren, als een obsceen scheldwoord.
Het gebaar met de twee vingers wordt ook veel gebruikt om het getal twee aan te duiden.
We zien het de laatste tijd nog wel eens langs de snelweg staan in de betekenis: "Houd twee seconden
afstand"! Vroeger op de lagere school moest ik twee vingers opsteken als ik naar het toilet
wilde en in de rechtzaal heeft het opsteken van twee vingers de betekenis dat je een eed van
trouw zweert.
Obscene gebaren en andere scheldgebaren
In veel gevallen hebben gebaren meer impact op anderen dan woorden. Vandaar dat gebaren frequent
gebruikt worden om anderen uit te schelden of te beledigen. De naar de ander opgestoken middelvinger
is bijvoorbeeld een scheldgebaar dat bij de meeste mensen in onze cultuur wel bekend is. Sommigen
accentueren dit gebaar nog door met hun andere hand onder hun elleboog te tikken. De betekenis
van dit gebaar lijkt een grove sexuele uitnodiging te zijn. Veel scheldgebaren hebben een sexuele
achtergrond. In Zuid-Amerika ervaart men het als zeer obscene belediging als met de wijsvinger en de
duim een cirkel gemaakt. Op deze manier wordt een lichaamsopening aangeduid.
Ditzelfde gebaar kennen wij juist in de betekenis van "OK!, goed!" Je kunt dit voor ons complimenteuze gebaar
dus maar beter niet maken tegen een Braziliaan.
Niet alle scheldgebaren hebben echter een sexuele achtergrond. Bijvoorbeeld ook door op het eigen voorhoofd te wijzen, kun je een ander beledigen: je zegt daarmee dat de ander gek is.
Dit gebaar wordt onder andere frequent gebruikt door sommige automobilisten die menen dat de ander
associaal rijgedrag vertoont. Zoals eerder duidelijk werd zijn scheldgebaren niet universeel.
Het is wel noodzakelijk dat een ander het scheldgebaar dat je gebruikt ook kent, om er effect mee te bereiken. Hoewel de multimedia er
voor zorgen dat wereld's gebarendatabase steeds universeler wordt, is het nog steeds zo dat in
diverse culturen soms andere scheldgebaren gebruikt worden. Om het in de vorige alinea genoemde
voorbeeld nog eens te herhalen: in Engeland is "ons" gebaar met de middelvinger jarenlang met twee opgestoken vingers gemaakt.
De oorsprong van dit gebaar is niet 100% vastgesteld, maar volgens Desmond Morris was dit het teken
dat de Schotse boogschutters na een oorlog tegen de Engelsen maakten, om aan te tonen dat ze hun
vingers nog hadden. De Engelsen hadden hen daarvoor gedreigd hun vingers af te hakken na de overwinning.
Het tikgebaar met de vingers op het voorhoofd is ook al niet universeel. Als ik tegen mijn hoofd
tik naar een andere automobilist van Somalische afkomst, zal hij misschien vriendelijk
glimlachen vanwege mijn alleraardigste compliment. In lichaamstaal vertelde ik hem namelijk dat
hij veel verstand heeft. Als ik hem werkelijk als zijnde gek wilde uitschelden, dan zou ik dit tikken
met mijn vinger aan de zijkant van mijn hoofd moeten doen. Dit is precies het gebaar dat wij hier
kennen in de betekenis van "koppie-koppie": veel verstand!
Sommige scheldgebaren zijn vanwege hun
analoge karakter makkelijk te herkennen door de inwoners van verschillende culturen. Het is echter
belangrijk te beseffen dat deze gebaren niet overal in dezelfde mate en frequentie worden gebruikt.
Als we ruzie zouden krijgen met een Afrikaan of met iemand uit het Midden Oosten, zou het die persoon
eenvoudig afgaan om een gebaar met zijn gestrekte hand langs zijn nek naar ons te maken. Wij zouden
dit gebaar als veel agressiever en kwetsender kunnen opvatten dan de gebaarmaker deze bedoeld heeft.
Paul Ekman ontdekte bij onderzoekingen naar gebruik van gebaren dat obscene embleemgebaren zoals
de opgestoken middelvinger soms onbewust gemaakt worden. In het boek
de leugen ontmaskerd geeft hij het voorbeeld van een vrouw die tijdens een gesprek als blijk van ongenoegen
haar hand met uitgestoken middelvinger op haar schoot had liggen. Zowel de vrouw zelf als de persoon
waarmee zij in gesprek was, waren zich geheel onbewust van dit gebaar.
Gebarentaal
Een speciale toepassing van gebaren vinden we in de gebarentaal
die dove mensen gebruiken. Deze gebarentaal is een officieel erkende taal, die door de gebruikers
daarvan speciaal moet zijn aangeleerd om de betekenissen te kennen.
Het vervangt als het ware de spreektaal waarmee horenden communiceren. Het is een digitale
taal, vooral bedoeld voor de communicatie op inhoudsniveau. In die zin toont het weinig
gelijkenis
met de lichaamstaal die iedereen spreekt, waar ik het op deze site over heb. Het bijzondere bij
gebarentaal is wel, dat de mensen die deze taal spreken, daarbij
ook nog gebruik moeten maken van "gewone" lichaamstaal om betrekking en emotie duidelijk
te kunnen maken. Dit maakt het spreken van gebarentaal extra moeilijk.
Doven gebruiken bij de communicatie hun lichaam dus op twee manieren tegelijk: zowel op
digitale wijze (bijvoorbeeld handalfabet), als op analoge wijze.
Ze communiceren met hun lichaam op zowel inhouds- als betrekkingsniveau.
Horende mensen kunnen in een gesproken zin een gevoelswaarde meegeven
door middel van intonatie. Bij doven moet dit beide
door middel van lichaams- en gebarentaal plaatsvinden. In een zin die wordt gecommuniceerd
met gebarentaal is expressie belangrijk.
Als je in gebarentaal wil zeggen: "ik ben boos!", moet je laten zien dát je
boos bent en hóe boos.
Je vertrekt dan je gezicht in duidelijk te verstane (boze) mimiek en slaat je armen heftig op en
neer. Horenden zouden er van kunnen schrikken en denken dat het allemaal veel erger is.
Horenden zijn zo'n expressie niet gewend.
Lichaamstaal bij baby's
Kan een baby praten? Ontdek dit en nog veel meer in het succesvolle boek Lichaamstaal bij baby's van Frank van Marwijk. In dit boek staat de communicatie tussen ouder en baby centraal. Het boek biedt boeiende informatie aan ouders met baby's en aan iedereen die beroepsmatig met baby's te maken heeft. Ook leuk als kraamcadeautje.
Doe niet zo moeilijk De kunst van het relativeren Een nieuwe uitdaging? Zet dan je schouders eronder! Valt het uiteindelijk tegen? Haal dan je schouders op! #lichaamstaal #relativeren.
Manipuleren kun je leren
Meer dan 30.000 exemplaren! Frank van Marwijk schrijft over
subtiele lichaamstaal en beïnvloeding via onbewuste kanalen in zijn boek
Manipuleren kun je leren